Domino.

Het domino-spel met alleen blanco stenen wordt gespeeld met 28 stenen van gelijke grootte en vorm zonder stippen. Het spel kan gespeeld worden door 2 tot 4 spelers en de spelregels zijn als volgt:

1. Schudden en verdelen: De stenen worden geschud en elke speler neemt 7 stenen, de overige stenen worden aan de kant gelegd.
2. Starten: Een speler mag beginnen door een willekeurige steen in het midden van de tafel te leggen.
3. Afleggen: Elke speler moet een steen afleggen die een geldige zet is. Elke steen kan worden afgelegd bij elke andere steen, omdat er geen stippen zijn om te matchen. Elk uiteinde van de steen moet echter aansluiten bij het uiteinde van de laatste steen die is gespeeld. Als een speler geen geldige zet kan doen, moet hij of zij passen en een beurt overslaan.
4. Dubbelen: Als een speler een steen aflegt met dezelfde grootte en vorm aan beide uiteinden, mag hij of zij nog een keer spelen.
5. Winnen: Het spel is afgelopen wanneer een speler al zijn of haar stenen heeft uitgespeeld. De speler met de minste stenen in zijn of haar hand wint. In het geval van een gelijke stand, wint de speler die als eerste al zijn of haar stenen heeft uitgespeeld.

Hieronder vind je een voorbeeld van hoe het spel kan verlopen:

1. De stenen worden geschud en elke speler neemt 7 stenen.
2. Speler 1 begint het spel door een willekeurige steen in het midden van de tafel te leggen.
3. Speler 2 legt een steen aan de linkerkant van de steen die door Speler 1 is gespeeld.
4. Speler 3 legt een steen aan de rechterkant van de steen die door Speler 1 is gespeeld.
5. Speler 1 legt een steen aan de rechterkant van de steen die door Speler 3 is gespeeld.
6. Speler 2 kan geen geldige zet doen en moet passen en een beurt overslaan.
7. Speler 3 legt een steen aan de linkerkant van de steen die door Speler 1 is gespeeld.
8. Speler 1 legt een steen aan de rechterkant van de steen die door Speler 3 is gespeeld.
9. Speler 2 kan geen geldige zet doen en moet passen en een beurt overslaan.
10. Speler 3 legt een steen aan de linkerkant van de steen die door Speler 1 is gespeeld.
11. Speler 1 legt een steen aan de rechterkant van de steen die door Speler 3 is gespeeld.
12. Speler 2 legt een steen aan de linkerkant van de steen die door Speler 1 is gespeeld.
13. Speler 3 legt een steen aan de rechterkant van de steen die door Speler 1 is gespeeld.
14. Speler 1 legt een steen aan de linkerkant van de steen die door Speler 2 is gespeeld.
15. Speler 2 legt een steen aan de rechterkant van de steen die door Speler 1 is gespeeld.
16. Speler 3 kan geen geldige zet doen en moet passen en een beurt overslaan.
17. Speler 1 legt een steen aan de linkerkant van de steen die door Speler 2 is gespeeld.
18. Speler 2 legt een steen aan de rechterkant van de steen die door Speler 1 is gespeeld.
19. Speler 3 kan geen geldige zet doen en moet passen en een beurt overslaan.
20. Speler 1 legt zijn laatste steen aan de rechterkant van de steen die door Speler 2 is gespeeld en wint het spel omdat hij als eerste al zijn stenen heeft uitgespeeld.

Dit was een voorbeeld van hoe het spel zou kunnen verlopen. Merk op dat wanneer een speler geen geldige zet kan doen, hij of zij moet passen en een beurt moet overslaan, totdat een geldige zet beschikbaar is. Het spel eindigt wanneer een speler al zijn of haar stenen heeft uitgespeeld, en de winnaar wordt bepaald op basis van het aantal stenen dat nog over is in de handen van de andere spelers.